Nerveus zat ik naast hem. Naast de kale vent. Links van mij zat een andere man. Met een oorbel in. Die lachte me bemoedigend toe. De kale vertelde over de verschillende onderdelen. En dat ik na elk onderdeel bij de mannen terug moest komen. Het werkte niet echt ontspannend. De zon scheen wel.
Ik deed mijn helm op, leren handschoenen aan, klemde mijn benen om de tank en zette mijn achterwerk stevig op het gevaarte van bijna tweehonderd kilo onder mij. Gelukkig was het gevoel in mijn handen weer terug. De weg was nat.
Langzaam rolde ik met slippende koppeling naar het begin van het parcours. Toen moest ie alweer uit. Om lopend in te parkeren. Gelukkig had deze motor geen bok, want daar had ik 'm met mijn bevende handjes vast niet op gekregen. Hij stond niet symetrisch in het vak, maar er wel binnen. Naast ons scheurden ambulancebusjes in colonne door sproeiende waterkanonnen.
Mijn been zwaaide over de motor en na nog een verkennend rondje, knakte mijn rechter pols naar het asfalt en stoof ik weg. Links ontkoppelen, tweede, derde versnelling intikken en toen..... stonden er verdomme twee andere mannen in de weg. Op de weg. De oefening moest over. Het ging te langzaam. Het zweet stond in mijn handen.
Nu haalde ik de vijftig kilometer wel. Na de poort het gas los, links en rechts in de bocht hangen, de vrachtauto in de vorm van oranje pionnen ontwijken. Ook de kleine slalom ging goed en werd beloond met een duim omhoog van mijn instructeur. Toen volgde -helaas- de precisiestop. Ik ben meer van het flexibele soort, heb altijd al weinig feeling gehad met planning vooraf. Een noodstop was beter geweest. De motor kwam te vroeg tot stilstand, ik had de remweg niet mooi uitgesmeerd. Mijn koppie ging hangen, en mijn voet daarna ook. Hetgeen een onvergeeflijk strafpunt was bij het achtjes draaien. Ik voelde me niet één met het brullend monster.
Na het zakken mocht ik weer de snelweg op. Terug naar huis. Voor een laatste keer ervaren hoe dat voelde; een achtbaan op twee wielen. De naald van de snelheidsmeter zwabberde als een seismograaf bij schaal acht op de schaal van Richter. Het voelde sneller dan Rosetta, maar mijn collega's met hun klusbussen haalden me met bosjes in. De wind beukte op mijn kop.
Na de afslag gaf ik na elke rotonde vol gas. Bij de Suikerunie in Hoogkerk ontweek ik vakkundig het blubberspoor van de denderende vrachtauto's vol bieten (en wij maar denken dat de gaswinning van de NAM de aarde in Groningen doet beven). Na afloop gaf de man met de oorbel me een bakkie troost en vroeg naar mijn verdere plannen.
Kut, zei de tiepmiep bij het hoofdkantoor, toen ze hoorde dat ik gezakt was.
O wat kut, zei ook de vrouw die me een groot glas warme chocolademelk met slagroom kado gaf. Ja, zwaar kut, zei ik zelf die middag ook nog een keer.
's Avonds zongen we driestemmig de stottersong.
Dat klonk gelukkig wel synchroon.
Misschien moest ik eens proberen te zingen op de motor.
Yamaha heeft per slot ook drie stemvorkjes als logo.
Ik deed mijn helm op, leren handschoenen aan, klemde mijn benen om de tank en zette mijn achterwerk stevig op het gevaarte van bijna tweehonderd kilo onder mij. Gelukkig was het gevoel in mijn handen weer terug. De weg was nat.
Langzaam rolde ik met slippende koppeling naar het begin van het parcours. Toen moest ie alweer uit. Om lopend in te parkeren. Gelukkig had deze motor geen bok, want daar had ik 'm met mijn bevende handjes vast niet op gekregen. Hij stond niet symetrisch in het vak, maar er wel binnen. Naast ons scheurden ambulancebusjes in colonne door sproeiende waterkanonnen.
Mijn been zwaaide over de motor en na nog een verkennend rondje, knakte mijn rechter pols naar het asfalt en stoof ik weg. Links ontkoppelen, tweede, derde versnelling intikken en toen..... stonden er verdomme twee andere mannen in de weg. Op de weg. De oefening moest over. Het ging te langzaam. Het zweet stond in mijn handen.
Nu haalde ik de vijftig kilometer wel. Na de poort het gas los, links en rechts in de bocht hangen, de vrachtauto in de vorm van oranje pionnen ontwijken. Ook de kleine slalom ging goed en werd beloond met een duim omhoog van mijn instructeur. Toen volgde -helaas- de precisiestop. Ik ben meer van het flexibele soort, heb altijd al weinig feeling gehad met planning vooraf. Een noodstop was beter geweest. De motor kwam te vroeg tot stilstand, ik had de remweg niet mooi uitgesmeerd. Mijn koppie ging hangen, en mijn voet daarna ook. Hetgeen een onvergeeflijk strafpunt was bij het achtjes draaien. Ik voelde me niet één met het brullend monster.
Na het zakken mocht ik weer de snelweg op. Terug naar huis. Voor een laatste keer ervaren hoe dat voelde; een achtbaan op twee wielen. De naald van de snelheidsmeter zwabberde als een seismograaf bij schaal acht op de schaal van Richter. Het voelde sneller dan Rosetta, maar mijn collega's met hun klusbussen haalden me met bosjes in. De wind beukte op mijn kop.
Na de afslag gaf ik na elke rotonde vol gas. Bij de Suikerunie in Hoogkerk ontweek ik vakkundig het blubberspoor van de denderende vrachtauto's vol bieten (en wij maar denken dat de gaswinning van de NAM de aarde in Groningen doet beven). Na afloop gaf de man met de oorbel me een bakkie troost en vroeg naar mijn verdere plannen.
Kut, zei de tiepmiep bij het hoofdkantoor, toen ze hoorde dat ik gezakt was.
O wat kut, zei ook de vrouw die me een groot glas warme chocolademelk met slagroom kado gaf. Ja, zwaar kut, zei ik zelf die middag ook nog een keer.
's Avonds zongen we driestemmig de stottersong.
Dat klonk gelukkig wel synchroon.
Misschien moest ik eens proberen te zingen op de motor.
Yamaha heeft per slot ook drie stemvorkjes als logo.
En volgende keer beter? Mooi geschreven!
BeantwoordenVerwijderenIk dacht aan iets anders toen ik de titel las.
BeantwoordenVerwijderen@ nachtbraker. Ja, beetje slap vind je niet. Om zo de statistieken op te krikken. Maar verkeerde been of niet, bij motorrijden draait er wel om dat je één voelt met dat ding. Dat was bij mij dus duidelijk nog niet het geval. Nieuwe ronde nieuwe kansen.
VerwijderenSucces! Ik hoop dat het rijden je veel genot verschaft.
Verwijderen@ (oeps dat moet ik even copy pasten hoor) margeauxendeengelen, dubbel dank je wel. Voor je complimenten en ook dat je hier langskomt en reageert. Nieuwe lezers zijn altijd fijn.
BeantwoordenVerwijderenAch weetje, wij hebben hem ook lang niet altijd onder controle. Een beetje zwabberen kan geen kwaad. Volgende x beter!
BeantwoordenVerwijderenJuist dick, maar net als in de titel van dit logje proberen we er wel "één" mee te worden :-)
Verwijderen@ dick, leuk dat je het over 'wij' hebt. Neem aan dat je de man in algemene zin bedoelt? Volgende keer geen gezwabber meer. Maar da's pas weer in het voorjaar.
BeantwoordenVerwijderen