donderdag 20 september 2018

Een vergeten dichter, de dochter van Lope de Vega

Van een vrouw die vanaf haar zestiende in een klooster woont heb ik niet meteen een hoge pet op. Maar Sor Marcela de san Félix was een begaafde dame. Ze heeft tientallen beroemde werken geschreven. Waaronder gedichten, romans, theaterstukken. En ze werd ouder dan tachtig jaar, hetgeen in de zeventiende eeuw best oud te noemen is. 

Ze was een bastaard. Dochter van de beroemde Lope de Vega en zijn minnares Micaela de Luján, een actrice die in de kunsten ook niet onverdienstelijk was. Zij schreef op haar beurt stukken onder de naam Camila Lucinda, anagram van haar naam. Ook in de Spaanse gouden eeuw schreef men kennelijk al onder pseudoniem.

In de wijk waar de non/dichter Marcela, actrice/schrijfster Micaela en Lope de Vega rond 1600 woonden is veel verloren gegaan. Kleine huizen waar de Madrileense kunstscene zich verzamelde om te debatteren over de nieuwste werken moesten wijken voor huizen met meer grandeur. Zo ging in 1920 ook het huis van Cervantes (van Don Quichot) tegen de vlakte. Een enthousiaste voorbijganger wist ons te vertellen dat de gemeente het pand dat er nu staat graag zou aankopen, maar dat de eigenaar het niet wil verkopen.

Uitzondering op de sloop- en bouwdrift van begin vorige eeuw is het huis van Lope de Vega zelf. De kamers zijn opnieuw ingericht dankzij zijn gedetailleerde beschrijvingen. Het bekende Museo de Prado heeft er minder bekende kunst voor uitgeleend en er hangen drie antieke spiegels aan de wand. Die indertijd een luxe waren want van zilver. Ook prijkt er een portret van Sor Marcela aan de wand. Compleet met vrome hoofdbedekking

Toen we er gister werden rondgeleid bleek de Engels sprekende gids ziek. Ene Christina nam de honneurs waar. Haar hakkelige Engels was prachtig. Zo wees ze naar de oorknopjes van de Mexicaanse toeriste om te verduidelijken dat Marcela's broer was gesneuveld in Venuezuela op jacht naar parels.

In de tuin waren een laurier, een vijg, een sinaasappel- en granaatappelboom geplant. Naar een gedicht van Lope de Vega. Of zou dit van Marcela zijn?

De voorbijganger vertelde dat ook de dochter van Cervantes in hetzelfde blotevoetenklooster als Marcela had gewoond. Er zou weinig van Sor Marcela bewaard zijn gebleven. Of het kan niet met zekerheid aan haar worden toegeschreven. Ook in de vele boekhandels rond de barrío literarios en op internet kon ik niets van haar vinden. Zo ging dat met vrouwen in die tijd.

Maar het feit dat het portret van een buitenechtelijk kind dat officieel te boek stond als vaderloos, toch aan de wand van de werkkamer van Lope de Vega prijkt, lijkt me een mooi eerherstel.


https://www.mujeresenlahistoria.com/?m=1

donderdag 6 september 2018

Ziet armoe er zo uit?

Na het werk heb ik wel een visje verdiend. Maar bij een winkelcentrum waar ik vroeger wekelijks kwam, hangt rond de tijdloze blauwe kar geen viswalm en de luiken zijn dicht. Hoewel de haring in gedachten al bijna in mijn keel glijdt, moet ik op zoek naar iets anders. Loempia is bij lekkere trek ook niet verkeerd. En kost de helft. 

Vlak naast me staat een auto geparkeerd met een slapende bestuurder. Met misplaatste trots meen ik hier een man te spotten die, net als mijn zoon, narcolepsie heeft. Iemand die noodgedwongen even een dutje doet. Maar het kan net zo goed een vader zijn die op zijn papadag te moe of te stoned is om te kunnen rijden. Naast hem zit een meisje, op de achterbank een jongetje. Ze zitten zwijgend in de auto, het raam staat op een kier.

Bij de loempiakar staan twee dames te kletsen. Een dikke en een dunne. Beiden richten af en toe het woord tot een mollige kleuter. Gezien de omvang van het kind, meen ik dat de dikke haar moeder moet zijn, maar de dunne slaat een bitsere toon naar het kind aan. En je afreageren op kinderen is nu eenmaal voorbehouden aan ouders. In afwachting van hun bestelling dribbelt het kind twee meter bij de kar vandaan. Achter een duif aan. 'Een beetje beweging is goed voor d'r', zegt mams. Maar twee tellen later beveelt ze het kind te gaan zitten want mama moet roken. Ze trekt zich terug achter het glazen windscherm. Het meisje wil weer achter de duif aan maar er wordt gedreigd dat ze dan geen lekkers krijgt: 'Zitten blijven, zei ik je!'. Het kind zwijgt. Ik doe een rode klodder uit een fles waar 'hot' op staat op mijn loempia.

De textielreus is vervangen door een 'Internationaal supermarkt'. Ai, waarom laten mensen hun teksten niet even checken voordat ze die, in koeienletters, op hun winkelpui plakken? Misschien kent de 'internationaal' eigenaar geen Nederlandssprekenden?

Waar eens een drogist zat, is nu een Albert Heijn gevestigd. Ik besluit mijn OV-kaart op te laden. De paal staat op een bizar onhandige plek tegenover de servicebalie. Alwaar een sjofel ogend stel probeert twaalf flessen drank te retourneren. De medewerker bezweert hen dat ze toch echt de bon nodig heeft. Anders klopt 'het systeem' niet. 'Die is weg' zegt de man droog, maar ze blijven stoïcijns staan. Mijn systeem klopt ook niet, de OV-kaart is verlopen. 

De Primera, zo'n winkel waarvan je nooit echt snapt wat ze verkopen, is er nog wel.  Ooit liet ik hier mijn foto's afdrukken, kocht er postzegels en de papieren krant. Zaken uit een voorbije eeuw. Buiten zitten twee mannen op een bankje. 'Hangen', past misschien beter bij hun manier van zijn.  'Wordt ze nu haar huis uitgezet?'  vraagt man 1. Man 2 weet zeker van niet, want : 'Dan word je toch zeker eerst gewaarschuwd?' Ik krijg een beeld van lades met uitpuilende post. Met aanmaningen, dwangbevelen en aangekondigde executieverkopen.

Als ik terugkom op de parkeerplaats is de auto met de slapende man met de kinderen verdwenen. Hopelijk hebben ze een leuke papadag.