zondag 27 mei 2018

Domme mensen rollen

Op de radio laat een expert in geldzaken zijn licht schijnen op een voorstel om het aangaan van schulden aan banden te leggen. 'Dat is niet meer van deze tijd', zegt hij. Hij is juist blij dat er leningen bestaan. Want door geld te lenen kun je investeren, iets dat elke ondernemer doet. Zijn tegenspreker pleit juist voor een verbod. De mannen praten flink langs elkaar heen. De gespreksleider legt uit dat het voorstel consumptieve leningen betreft. Hij haalt er ter verduidelijking een voorbeeld bij uit de documentaire 'Schuldig'. Daar werden twee kinderbedjes gekocht voor twaalfhonderd euro. Door de kosten die er door achterstallige betalingen overheen kwamen is dat bedrag opgelopen tot zevenduizend euro.

Sarah, één van de makers van 'Schuldig', zegt dat de discussie die er over schulden wordt gevoerd grofweg uit twee kampen bestaat. Het wordt ofwel als gedragsprobleem gezien, of als een gebrek aan geld. Zij zelf meent dat het vaak een combinatie van die twee is.

Terug naar het radio-interview, dat kort na het verschijnen van 'Schuldig' verscheen. De expert zegt dat er in zijn vriendenkring louter mensen zijn die van geld nog meer geld maken. Over mensen die schulden maken zonder dat dit wordt geïnvesteerd zegt hij: 'Dat zijn gewoon niet zulke intelligente mensen'. Hem is dan al verteld dat er in Nederland 2,5 miljoen huishoudens zijn die niet genoeg buffer hebben om bijvoorbeeld hun wasmachine te vervangen.

Laten we de prijs van een nieuwe wasmachine erbij pakken, zeg zo'n vierhonderd euro. Dat is vast niet de duurste dus die zal hooguit tien jaar meegaan. Elk jaar komen dus tweehonderdvijftigduizend van die bufferloze -domme- mensen vierhonderd euro tekort voor de aanschaf van een wasmachine. Dat wordt dus lenen, of op afbetaling kopen. Wat op hetzelfde neerkomt. Maar als je geen veertig euro per jaar opzij legt voor het geval je wasmachine het begeeft, kun je vast ook niet aan de aflossing ervan voldoen aan om het even welke geldschieter dan ook.  Die geldschieter (of wasmachinezaak) loopt dus risico, want hij weet niet of de schuld wel wordt betaald. Daarom vraagt de uitlener van het geld geen één of twee procent rente, maar tien tot twaalf procent. En als betalingen achterblijven (zoals bij de bedjes) gaat die prijs soms tot vijf keer over de kop. Een incassobureau moet per slot ook ergens van bestaan.

Sarah zegt dat veel schulden inderdaad vaak maar voor twintig procent uit de initiële aanschafwaarde bestaan. Toch blijven - domme- mensen wasmachines van tweeduizend euro kopen. Of telefoons, die inmiddels nog onmisbaarder zijn dan die wasmachine, duurder en ook minder lang meegaan. (De begrippen 'Levensonderhoud' of  'bestaansminimum' zijn vast ook niet meer van deze tijd)

Als nitwit in de economie vraag ik me af wie al dat geld dan uitleent? Waar dat vandaan komt? Wie er brood ziet in het afsluiten van langdurende abonnementen dat ondanks dat risico kennelijk toch een lucratieve business is. Oh wacht, ik weet het al, dat zijn natuurlijk de intelligente vrienden van die expert! Die tevens zegt: 'Leningen zijn goed voor de economie, omdat geld nu eenmaal moet rollen.' 

Aan het eind van het gesprek lijken de twee sprekers het toch nog eens te worden. Ze zien er beiden heil in om kinderen al jong met geld vertrouwd te maken. Hoewel de expert hiermee bedoelt dat je hen moet leren hoe van tien euro, veertien euro te maken en de ander het er op houdt dat je ze moet leren sparen voordat je iets koopt.

Na de documentaire, de radiodiscussie en het leeghalen van mijn brievenbus vol kredietreclame word ik 's avonds gefêteerd op een sterspotje van een bedrijf dat zich 'Dynamiet' noemt. Dat beweert gespecialiseerd te zijn 'in het verwijderen van je BKR registratie'. Pardon? dus als je eindelijk een bescherming hebt ingebouwd waardoor je geen -domme- impulsaankopen meer kunt doen, kun je dat bedrijf vragen die bescherming weer op te heffen? Een gepaste slogan zou zijn : 'Dynamiet, uw bom in huis'

Sparen lijkt mij toch slimmer. Maar lenen is vast beter voor de economie. Al heb ik die zelf nog nooit ontmoet. Of, zoals zij het zegt: (bij 1.20): 'Het idiote is dat iedereen aan mij verdient nu, IEDEREEN!'

De expert kan tevreden zijn.

maandag 21 mei 2018

Over slakken, parkeren en de pinksterbedoeling

Bij generatiegenoten zal op een mooie Pinksterdag als deze ongewild het gelijknamige liedje van Annie M.G. Schmidt omhoog ploppen. Het plukken van madeliefjes en het voeren van eendjes spreekt nu eenmaal meer tot de verbeelding dan 'Het uitstorten van de Heilige Geest'. Misschien moet ik mijn gelovige zoon toch eens vragen wat daar precies mee wordt bedoeld. Hoewel hij gister na zijn gebruikelijke kerkuitje minder vrolijk terugkwam dan gewoonlijk. Hij zei meer met God dan met Jezus te hebben en plofte neer op mijn troon in de tuin.

Mij verging het vanmorgen vroeg, na een rondgang door de tuin, net zo. Ik trof er sporen aan van voorbijtrekkende wezens, die zelf in geen velden of wegen te bekennen waren. Dat kon ik De Heilige Geest vast niet aanrekenen. Maar er moest toch iets zijn.

Wat daar verder ook van zij, het is een vrije dag. Eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat ik me daar met Hemelvaart weinig van aantrok. Voordeel van vrije dagen is dat je dan ook vrij kunt parkeren.

Het toeval wil dat ik de laatste weken in de straat klus waar ik zelf twaalf jaar woonde. Die vertrouwdheid maakte dat ik me niet afvroeg waarom er opeens zo veel ruimte was om mijn klusbus te stallen, en het er nu eens niet volstond met vehikels van forenzen die er 's morgens hun vouwfietsje uit de achterbak halen om vanaf daar hun weg te vervolgen naar Rug of Umcg. Ik verbaasde me wel  over zaken die gelijk waren bleven.

De hoeveelheid studentenfietsen bijvoorbeeld, een afgetrapte buitenspiegel en natuurlijk 'Mevrouw Helderder'. Een bijnaam ontleend aan 'Pluk van de Petteflet'. Zoals M.G. Schmidt's personage altijd een spuitbus bij zich had, zo was mijn voormalige buurvrouw vergroeid met haar bezem. Elke dag, ook met Kerst, Hemelvaart en Pinksteren stond ze haar stoepje te vegen. Hopend op een postbode of buur om een praatje mee te maken. Ook nu zag ik hoe ze de man staande hield die ons huis had gekocht. Zij leunde al babbelend op haar bezem, en hield in beide handen een volle vuilniszak. De dag na Hemelvaart was zijn vrouw de klos. Die had een jengelend kind dat aan haar arm trok. Maar, net als toen ik in het huis woonde waar het kind heen wilde, was het nu nog steeds onmogelijk om je los te rukken van Mevrouw Helderder. Mijn vrolijkheid over de verlossing van deze buurvrouw was van korte duur want toen ik de straat uitreed ontwaarde ik een  papiertje op mijn voorruit. Veegvrouwtjes veranderen niet, gemeentelijke parkeerverordeningen wel. 


In mijn huidige tuin maken tegels steeds meer plaats voor groen. Of eigenlijk meer 'groente' dan 'groen'. Het is altijd weer een verrassing of dat lukt. Vorig jaar was ik dolblij dat de boontjes ondanks de slakkenplaag anderhalve meter hoog waren geklommen. Maar ze stonden te dicht bij de heg en daar, in heggen, schijnen mussen graag te vertoeven. Die zijn ook dol op bonen. Op het eten van slakken heb ik helaas nog geen vogel betrapt. Het zou me een hoop werk schelen.


Dit jaar plantte ik de bonenstekjes dus ver weg van de heg en schattige mussen. Maar anderhalve meter gaan ze nu niet halen want in mei vieren slakken feest. Met heerlijke verse radijsjes die net boven de grond uitsteken, malse courgettebladeren en net ontkiemde wortelzaadjes. En, zoals dat gaat op feestjes, het meest gewild is natuurlijk dat wat het verst is, in dit geval de top uit de plant. Verder groeien is dan lastig.

Bij sommige planten groeien er na zo'n onthoofding vrolijk nieuwe scheuten naar alle kanten. Zo geeft basilicum veel meer opbrengst als je het stelselmatig topt. Maar dan moet het plantje wel eerst tot wasdom kunnen komen. Naast bonen en basilicum werd ook de zelf opgekweekte courgette met de grond gelijk gemaakt. Letterlijk. Waarop ik, in een halsstarrige poging de strijd met de slak te winnen, de bodem uit een emmer sneed, deze om een nieuwe courgette heenzette en er zout omheen strooide. Wie weet werkt het.

Tijdens het schrijven van dit logje belde mijn huidige buurvrouw. Met een van pijn vertrokken gezicht gaf ze me haar huissleutel. Of ik haar hondje even wilde uitlaten. Misschien is Pinksteren daar wel voor bedoeld. Met een hond uit wandelen gaan. Samen met mijn zeventienjarige zoon. Die dan madeliefjes plukt en ze vervolgens uitstrooit over de aarde.