Leo en Kees spelen vanmiddag bij vriendjes. Toevallig de meest verschillende kinderen van de school. De kinderen kunnen het onderling dan ook absoluut niet met elkaar vinden. Om heel eerlijk te zijn zie ik hier eerder de invloed van hun beider moeders in, dan dat de kinderen elkaar nu van nature zo naar het leven staan.
De één heeft een tuin, de ander een balkon, de één bakt appelflappen en de ander friet. Verder is er dixap versus sinas, het meergranen versus casino wit en de bakfiets versus de gepimpte golf. Maar toch zijn er meer overeenkomsten dan je op het eerst gezicht zou vermoeden.
In beide huizen bepalen de kinderen de agenda, ofschoon de ouders anders willen doen geloven. De fiets-moeder doet, in een poging het leven van haar kind zo aangenaam mogelijk te maken, alles, om frustratie te vermijden. Het gevolg is dat zij naar zijn pijpen danst. De frieten-ma doet niet veel meer dan bevelen uitdelen. Het gezegde lijdt zo aan hyperinflatie en ook háár koters doen precies waar ze zelf zin in hebben. Qua effect is dus geen onderscheid tussen: 'Ik heb liever niet dat je mama schopt, dat doet au' en 'Wil je goddomme je tyfuspoten thuishouden, anders sla ik je'.
Kees heeft het reuze naar zijn zin. Hij speelt voetje van de vloer met de andere kinderen. Hun moeder zegt vertederd: 'Leuk hè, dat hebben ze zelf bedacht'. Ondertusen worden er nog meer kussens van de bank gesleept die als eiland dienst doen. Na het schoen- en jasritueel halen we Leo van het partijtje.
Op de galerij hangers slingers en één van de kinderen heet ons van harte welkom middels een gericht 'ratàtàtàtà'. Het jochie met de mitrailleur gaat ons voor naar de huiskamer waar gevoetbald wordt. De computer, de tv en de radio staan aan. Al hijsend aan een sigaret brult ma: 'Ken mij niks schele hoor, zo lang ze maar lol hebben'. En daar lijkt ook zij, aardig in te zijn geslaagd. Leo heeft nog geen zin om mee te gaan.
Ik pas me aan, schenk mijzelf en Kees cola in en graai in een bak chips.
Zo lang zij maar gelukkig zijn.
woensdag 9 januari 2008
maandag 7 januari 2008
Bilflos
We slenteren de laatste honderd meter naar huis. Het was een lange reis. Eenmaal thuis zijn de 'fucks' en 'fuckings' niet van de lucht, maar van mij mag 'the gang', die gebroederlijk rond de pc hangt, de film uitkijken. Om te voorkomen dat de kleintjes te veel gangsta-geweld over zich heen gestort krijgen, plant ik ze achter de buis. Ik vrees nu wel dat, als ik het eten eenmaal op tafel heb, de dvd nog niet is afgelopen en de broertjes op de bank zijn ingestort. Maar je moet wat, als ouder. Ik verschans me in de keuken om een stevige groentesoep in elkaar te flansen. Die moet samen met de enorme bak sla, het pizza- en pannekoekendieet van de pubers neutraliseren. Ik voel me een tante Bastellia, uit Pippi Langkous. Die met 'een heerlijk voedzaam groentesoepje' op de proppen kwam. Waarop het vlechtenmeisje, met een overdosis ironie zegt: 'Oh, wat aardig voor die kleine arme Pippi'.
De bel gaat. Na wat gesmoes bij de deur word ik er bij geroepen. Ik wurm me door de gang langs fietsen en vakantietassen en bereid me voor op zendelingen of collectanten. Maar het zijn twee ongeruste ouders wier dochter zoek is. De meid blijkt tot een paar uur ervoor in ons huis te zijn geweest. In onze afwezigheid werd ons huis multifunctioneel; naast bioscoop nu dus ook opvanghuis. Het mag allemaal, alleen jammer dat ze nu gevlogen is. En niemand weet waarheen. Haar telefoon was haar afgenomen, voor straf.
In aanwezigheid van de ouders worden de laatsgebelde nummers uit onze telefoon getoverd. Alsze weer weg zijn, pluis ik de computer na. Via oorlogs- en pokerspelen, tientallen hyvespagina's, MSN en keiharde porno, beland ik bij een site vol vluchttijden van Schiphol. Ik hoor het knarsen in mijn bovenkamer, het is mijn geweten. Gelukkig blijkt ze slechts iemand te hebben willen afhalen.
Ik ben moe van de reis en wil douchen. In de badkamer baan ik me een weg door de berg handdoeken -logeerde hier soms een heel leger?. In de badkuip vind ik een mij onbekend kledingstuk dat voldoet aan de definitie van 'bilflos' maar waarschijnlijk dienst heeft gedaan als slipje. In de wastafel ligt een ingedroogde fluim, die dicht ik een jongen toe die vast ons echtelijk bed besliep. Als ik fris bed naast Mr. Lehti wil kruipen, is het net of er ook een vrouw ligt. Het zijn de geurresten op de hoofdkussens van het meisje dat hier sliep. Toch sneu voor ze, dat onze condooms op waren. Mijn eigen ouders waren altijd al beter in vooruitkijken. Toen Mr Lehti me twintig jaar terug ontmaagdde in hun lege bed, lagen er wel rubbers op het nachtkastje.
Een dag later is het meisje terug bij haar ouders, ze kan weer van de telex worden gehaald. Even overweeg ik het slipje bij haar langs te brengen. Daar zie ik van af. Geen moeilijke vragen uitlokken.
De bel gaat. Na wat gesmoes bij de deur word ik er bij geroepen. Ik wurm me door de gang langs fietsen en vakantietassen en bereid me voor op zendelingen of collectanten. Maar het zijn twee ongeruste ouders wier dochter zoek is. De meid blijkt tot een paar uur ervoor in ons huis te zijn geweest. In onze afwezigheid werd ons huis multifunctioneel; naast bioscoop nu dus ook opvanghuis. Het mag allemaal, alleen jammer dat ze nu gevlogen is. En niemand weet waarheen. Haar telefoon was haar afgenomen, voor straf.
In aanwezigheid van de ouders worden de laatsgebelde nummers uit onze telefoon getoverd. Alsze weer weg zijn, pluis ik de computer na. Via oorlogs- en pokerspelen, tientallen hyvespagina's, MSN en keiharde porno, beland ik bij een site vol vluchttijden van Schiphol. Ik hoor het knarsen in mijn bovenkamer, het is mijn geweten. Gelukkig blijkt ze slechts iemand te hebben willen afhalen.
Ik ben moe van de reis en wil douchen. In de badkamer baan ik me een weg door de berg handdoeken -logeerde hier soms een heel leger?. In de badkuip vind ik een mij onbekend kledingstuk dat voldoet aan de definitie van 'bilflos' maar waarschijnlijk dienst heeft gedaan als slipje. In de wastafel ligt een ingedroogde fluim, die dicht ik een jongen toe die vast ons echtelijk bed besliep. Als ik fris bed naast Mr. Lehti wil kruipen, is het net of er ook een vrouw ligt. Het zijn de geurresten op de hoofdkussens van het meisje dat hier sliep. Toch sneu voor ze, dat onze condooms op waren. Mijn eigen ouders waren altijd al beter in vooruitkijken. Toen Mr Lehti me twintig jaar terug ontmaagdde in hun lege bed, lagen er wel rubbers op het nachtkastje.
Een dag later is het meisje terug bij haar ouders, ze kan weer van de telex worden gehaald. Even overweeg ik het slipje bij haar langs te brengen. Daar zie ik van af. Geen moeilijke vragen uitlokken.
Abonneren op:
Posts (Atom)