maandag 18 februari 2013

Over de bevalling van vogels

In verband met mijn werk kom ik veel in studentenhuizen. Niet als meteropnemer of deurwaarder, maar als klusser. Best grappig af en toe. Want een beetje klusjesman maakt natuurlijk graag een babbel. Babbels die over het algemeen heel anders lopen dan de panden waar
gezinnen (Hoe hou ik die beitels buiten bereik van die peuter?),
bejaarden ("Nee, dank u mevrouw, ik heb ècht genoeg koffie gehad)
of boekhouders (Rara, hoeveel strekkende meters dossierplank kan je in één kamer kwijt) wonen.

Bij de pas verhuisde studenten helpt er soms een vriend of vriendin mee met sjouwen en schilderen. Meestal is het de moeder die zich maar al te graag bemoeit met het inrichten van de eerste echte kamer van haar zoon of dochter (Ikea doet gouden zaken). Trots en vreugde over dat mooie, geslaagde kind dat aan zijn of haar eigen leven begint, wedijveren met de angst wat haar (inmiddels achttienjarige) baby wel niet allemaal kan overkomen. Anders dan bij de kleurkeuze voor het behang in de babykamer achttien jaar eerder, voegt moeder zich nu schoorvoetend naar wat het kind zelf wil. Soms fungeer ik als een soort praatpaal bij deze weeën die haar een leeg nest opleveren. "Ik heb haar wel gezegd dat alles daardoor erg donker lijkt, maar ze wil persé zwárte gordijnen."

Leuk is ook te horen hoe de uitvliegende vogel zijn of haar nieuwe vrijheid zèlf ervaart: "Als ik zin heb pas om half negen te gaan eten... dan dóe ik dat!" (gehuld in badjas op klaarlichte dag). Minder blij word ik van de uitwerking van die vrijheid op mijn werk: zelden zag ik een gloednieuwe gootsteen zo rap onder de bamiresten verdwijnen.

Wat ook opvalt is de onwetendheid omtrent technische zaken. Ik begrijp best dat je als nieuwe bewoner niet gelijk weet waar de water- of gasmeter zit. Maar het hele besef dat hetgeen uit kraan of stopcontact komt, ook ergens de woning bínnen moet komen, ontbreekt vaak. Bij het woord 'meterkast' word ik niet zelden schaapachtig aangestaard (Zou ze misschien de naam van een nieuw appje bedoelen?). Soms ervaren de bewoners van de benedenhuizen met lekkende plafonds, de komst van mijn klusbus, als een openbaring van de Messias herself. Terwijl de student die boven woont en het euvel veroorzaakt, mij dan doodleuk vraagt, vlak nadat ik uit voorzorg de hoofdkraan dichtdraai, of er nu dan weer naar hartelust kan worden gedoucht.

Studenten wonen veelal in het centrum. Alwaar parkeerplek schaars is. Vorige week wijdde ik me weer eens aan zo'n huis en dumpte mijn auto eerst een tijdje op de stoep. Dikke, dure auto's die uit onzichtbare inpandige garages op straat leken te worden gespuugd, passeerden stapvoets, met norse blik en ingeklapte spiegels mijn vehikel. Maar de gemeentereiniging toeterde mij weg bij mijn werk, ze pasten er niet langs. Toen ik al draaiend en stekend achter het stuur zat, zag ik twee oranje fietstassen in mijn achteruitkijkspiegel. Er stond een bekend gezicht naast: Het was de postbode, tevens de moeder van een klasgenootje van zoon Kees (8). Twee dames in uniform. Altijd leuk.


"Hé, jij ook hier aan het werk? Weet jij waar ik mijn auto kwijt kan?"
"Vaak zetten ze 'm daar neer, maar dan kan ik er met mijn tassen met post niet meer langs."
"Ok, dan laat ik 'm hier wel staan. Heb trouwens net een brievenbus voor je hersteld!"
"O leuk, welk nummer?"

We zetten het gesprek voort voor de deur van het studentenhuis. Waar de snailmail van de vier nieuwe bewoners weer prachtig door de deur kan glijden. Maar mevrouw de postbode en ik ontmoeten elkaar niet alleen op straat en op het schoolplein, we delen ook de vreugde een kind te hebben gebaard toen we zelf nog een beetje kind waren. Wat vandaag de dag heeft geresulteerd in een half-volwassen fladderend kind dat af en aan, uit- en dan weer thuiswoont. Een lange bevalling.

Het hare is net weer weg, ze vertrok naar het buitenland. Het mijne vond onlangs nieuw werk en een nieuwe liefde en is tijdelijk teruggekeerd in moeders nest. Voor opgelucht ademhalen is het nog te vroeg, maar we overtuigen elkaar lachend dat het goedkomt.
Dan gaan we vrolijk verder met ons werk.

5 opmerkingen:

  1. De meterkast een appje?.... daar hield in nu eens van sie :) :) :)

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dank je kuifjesimon,
    Een herkenbaar verhasal, dat klinkt bijna als het begin van een gedicht. Leuk dat je langskomt.

    @ Olive, wat moet je nu met een meterkastappje?

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Eh eh, een vogel bevalt eigenlijk veel sneller...
    En ook zo fris en gemakkelijk! Hup, even eitje eruit poepen en klaar. Geen bloed, pijn, weken genezen, maanden zogen.
    Nee, gewoon lekker een maandje met wormpjes heen en weer vliegen en daarna de kinderen hup het nest uitgeflikkerd.
    En weer vrij!
    Mocht er reïncarnatie bestaan, dan wil ik absoluut alleen maar terug als vogel.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Zeg beste Selma, was jij niet diezelfde mevrouw die het lege nest minder leuk vond dan ze zelf had verwacht? Je zou dan denken dat hetgeen eraan vooraf ging (zorgen, zogen en wat dies meer zij) ook prettig was. Of leek het lege nest eerst te lonken en viel het toen toch tegen. Of heb ik gewoon iets niet goed onthouden? Of mis ik de ironie?

    BeantwoordenVerwijderen

Leuk dat je hier komt lezen! Nog leuker als je laat horen wat je er van vindt.