Het enige dat correct op de papieren stond, was haar geboortedatum, 1 april. Maar aan alle verzinsels rond de rest van haar identiteit, was verder weinig grappigs. De Rijnkade vijftien was namelijk gebombardeerd. Een vergissingsaanval, geallieerden hadden de stad aangezien voor het Duitse Kleef. Er vielen zestig doden. Ook dat had Gerda weliswaar niet meegemaakt, maar het was wel de reden om juist dit adres te verzinnen. Want wie wil zich nou niet ontfermen over een 'evacueetje' uit 'geteisterd gebied'? Daar is weinig verdachts aan. Wat dat betreft is er niets veranderd. Ook anno 2017 willen we eigenlijk alleen 'echte' vluchtelingen helpen. Mensen wiens huis is platgegooid spreekt tot ieders verbeelding. Maar wie liegt over zijn of haar identiteit, kan op weinig compassie rekenen.
Maar laat nu juist de afkomst van dit meisje de reden zijn geweest om te liegen. Het maakte dat zelfs haar geboortehuis in Friesland niet meer veilig was en ze moest onderduiken, samen met haar moeder en zus. Waar vader was wisten ze niet. Naar later bleek probeerde hij, vermomd als vrouw, de controles te omzeilen.
De vader van het meisje was zelf twintig jaar voor Gerda's valse papieren ook vluchteling geweest. Of mag je een jongen van twaalf, die zich zonder ouders verstopt in een volle trein, op zoek naar een beter bestaan in een ander land, zo niet noemen? Feit was wel dat toen hij inmiddels was getrouwd met een Friese boerendochter, zij twee dochters hadden en een bloeiende eigen zaak runden, hij nog niet was genaturaliseerd als Nederlander. Het wrede toeval wilde dat Nazi-Duitsland zijn geboorteland toen annexeerde en zo werd hij, als Duitser, opgeroepen voor militaire dienst. Hij wist het lang te ontduiken maar moest uiteindelijk toch het nazi-leger in. Gerda's oudere zus werd geacht naar de Duitse school te gaan. Hoe te laveren tussen wat verplicht was in oorlogstijd, de blikken van de buren en je eigen geweten?
Vader wist te ontsnappen uit het medisch, militair kantoor van de nazi's waar hij werkte in het toen nog Duitse Stettin (het huidige Szczecin, wat nu in Polen ligt. 'Landsgrenzen' blijven een vreemd fenomeen). En zo werd het meisje met de strik de dochter van een gedeserteerde Duitser en daardoor noodgedwongen Gerda. Vader dook onder en zijn gezin hield zich elders schuil. Soms waren dat fijne plekken, die toch niet veilig bleken, soms was het eten vies (maar daar mogen vluchtelingen niet over klagen). Soms waren het plekken waar het meisje en haar zus de straat op werden geschopt -kinderen maken het huis maar vies- of waar je koffer stiekem werd nageplozen door de gastvrouw. In een oorlog is het overleven. Maar het echte overleven begon voor Gerda pas na de oorlog.
Op de dag dat Friesland werd bevrijd, een maand voor 5 mei 1945, stak het inmiddels zevenjarige meisje zonder uitkijken de weg over, en werd ze aangereden door een Canadese jeep. Wekenlang lag ze doodstil in de bedstee van het onderduikadres. Men wist niet of ze het zou redden. Maar ze overleefde de klap.
Vijfenzestig jaar later maakte ik met dit meisje een driedaagse fietstocht. Van Arnhem naar Zwolle. De tocht begon daar waar ze volgens haar vluchtelingenverklaring zou hebben gewoond. Lachend poseerde ze voor de deur van de inmiddels herbouwde Rijnkade vijftien.
Het is mijn eigen moeder.
Jouw schrijfsels verruimen telkens opnieuw mijn blik op de wereld. Dank je wel.
BeantwoordenVerwijderenDank je wel bentenge. Altijd goed om te horen dat een verhaal iemands blik verruimd. Ook al is dat er maar één. ;)
BeantwoordenVerwijderenVan àlle dingen die door m'n hoofd gingen bij het lezen van dit verhaal, onthou ik één ding (niet noodzakelijk het meest belangrijke voor iedereen): jij hebt 3 dagen met je moeder gefietst.......
BeantwoordenVerwijderen