woensdag 28 maart 2012

Radio zoekt etaleur


"Zal ik je eens helpen om de vliering wat op te ruimen?", vroeg mijn zus.
"Ja, maar dan wil ik er niet bij zijn. Ik wil niet weten wat je allemaal wegdoet, anders wil ik het houden.", was mijn antwoord. 

"Heb je misschien nog belang bij...?", begon mijn vader, voordat ik hem onderbrak. "Nee, nee", zei ik, "wàt het ook is, ik heb er vast geen belang bij.  Zolang ik niet weet wat er weggaat, is het ook niet zonde."

Maar soms is het onheil al geschied. En is de zinloze troep mijn huis al binnen geslopen.
Want dat is het vaak.
Troep.
Waren het waardevolle spullen, dan had ik het nog kunnen weggeven of verkopen. Maar wat moet ik nu met de oude radio van mijn opa? Ooit luisterde ik ernaar. Naar radio Subasio en een krakerige Wereldomroep. Toen ik in Italië woonde. Als kersverse moeder tussen de koeien. Hoe ik daar verzeild raakte weet ik zelf ook niet meer zo goed maar die radio heb ik te danken aan mijn ouders. Die me twintig jaar eerder ook al eens vroegen of ik daar belang bij had. "Ja", zei ik toen nog gretig, "Ja, túúrlijk wil ik die hebben, niet wegdoen hoor, niet wegdoen!"

Het mechaniek van het ding heeft mijn vele verhuizingen niet overleefd. Zelfs een radiomuseum kan er niks meer mee. Kan zo naar de stort. Maar ja, om dat bakbeest eerst vijfduizend kilometer door Europa te slepen en het dan rücksichtslos op de stort te gooien, is ook zo wat. 

Dus staat ie er nog.

En toen opeens. Zag ik z'n grote broer. Of zus, zo je wilt. Een maand geleden. Toen het nog venijnig koud was. En ik een beetje doelloos door de stad fietste. Die grotere versie, ook van de familie Grundig, stond daar zomaar te pronken tussen een paar pasbenen. In een etalage.

Dan mag een plaatje van mijn opa-radio vast ook wel op het net. Achter dat deurtje zit een pick-up. Je weet wel. Voor van die hele grote zwarte cd's.
Is ook weer errug 'in'. Of, zoal mijn oma dan zei: "Dat hebben ze tegenwoordig zo".  Iemand nog belang bij?

(Mag ook naar de stort hoor. Als ik het maar niet weet)

vrijdag 23 maart 2012

Utrecht


Utrecht. Iedereen kent het, iedereen komt er langs. Als er seinen weigeren of bovenleidingen bevriezen, zitten in Utrecht als eerste de sporthallen vol gestrande reizigers. De dichtheid van snelwegen is er fabelachtig en de enorme fietsenzee trekt zelfs aandacht over de grens. Zie hier wat de Belgische bentenge er over blogt. En over bloggen gesproken, je schijnt er op zondagen ook BB-ers (bekende bloggers als Sanneke en Susy) tegen te kunnen komen. In Utrecht.

Maar ik verdwaalde er in verlaten onderdoorgangen, genoot er van de eerste lentezon en schoot plaatjes van de buitensporige bouwwoede die daar heerst. Zelfs op zondag. Ook de stations van Arnhem, Zwolle, Rotterdam en Den Haag zijn getransformeerd in bouwputten. Ook daar trof ik een kruip- en sluip- door van tunnels, bruggen, rammelende noodliften of 'door de NS ingezette bussen'.

Maar ik was in Utrecht. Waar ik keek hoe de trein naar Groningen werd aangekoppeld. En ik hoefde in Assen gelukkig niet met de NS-bus. Zoals twee weken eerder. Toen ik vreesde daar lang op te moeten wachten. Op zo'n bus. En daarom het laatste stukje meeliftte met een bevriende rapper die werd opgehaald door z'n vriendin. Een relaxte jongen die net was teruggekeerd van een tournee door Oostenrijk. Hij was in Wien, zo bleef hij stug volhouden. Van Wenen had hij vast nog nooit gehoord. Ach, ìk ken zijn muziek niet. Moet ik toch maar 's gaan kijken dan. Bij dope d.o.d.

Tja, poe, nou, wat zal ik zeggen. Niet ècht my cup of tea. 

Maar het boek dat Novy me leende dan weer wel. 
En dat is toch wel het fijnste wat er is:
trein - boek - zon.
Zonder 'gedeng gedeng', want het spoor is nu voegloos, aan elkaar gelast.
Lekker rustig.
  
Welk boek?
'De naam van de vader'. Van Nelleke Noordervliet.
Moet je lezen. Is gewoon goed. Echt goed.
Luister maar. 









zondag 18 maart 2012

Alleen thuis

Het moet zo'n zes jaar geleden zijn geweest. Leo droeg toen nog blauwe klompjes, waarmee hij bijna leek vergroeid. Duim in zijn mond en zijn andere hand friemelend aan zijn oor. Nog zwijgzamer dan hij nu vaak is. We stonden op het balkon van de trein. Naast ons stond een man. Hij gaf een knikje in de richting van Leo en zei mij lachend: 'Home alone'. Niet begrijpend keek ik de man aan, keek toen naar mijn duimende zoon en weer terug naar de man. 'Dat zult u vast vaker horen', vervolgde hij ter verduidelijking.

We moesten slechts één station verder, een ritje van zo'n drie minuten. De man had net genoeg tijd mij uit te leggen dat Leo de dubbelganger was van Kevin, het jongetje uit de kaskraker 'Home alone'. Waar ik tot dan toe nog nooit van had gehoord.

Eenmaal thuis vond ik de trailer op het net en korte tijd later zag ik de film op de buis. De treinman had gelijk. Sprekend. Leo wilde er toen, en de jaren die volgden, niks van horen. Maar toen hij acht jaar was, ging het roer om. Hij wil niet alleen de film zien, het liefst vaker, maar wilde nu ook persé de hoofdrol spelen in het volgende deel. Mijn gemompel over Engels praten en dat het geen pretje is acteur te zijn, mochten niet baten. Leo was zeker van zijn zaak.

En ja, je neemt je kind toch serieus, hè? Dus deed ik een halfslachtige poging iets te weten te komen over regisseurs en castingbureaus in de VS. Ik kwam er achter dat 'Home alone' inmiddels al vier delen had. Dat het eerste, toch wel aardige idee van 'vergeten' jongetje enorm was uitgemolken. En ook ontdekte ik dat de Kevin die zo sprekend op mijn Leo leek, inmiddels was vervangen door een dikkopje waar meer Amerikaanse kinderen zich wellicht in wisten te herkennen. En ging mijn rol als moeder van een celebrity in rook op.

Nou ja, zoals verwacht kampte Macaulay Culkin, die de rol van Kevin vertolkt, met de weinig benijdenswaardige positie van miljonair. Maakten zijn ouders ruzie om het geld en er zouden ook drugs in het spel zijn. Ik zei het toch.

Wat bleef is dat Leo af en toe home alone 'doet'. Zoals zaterdag, toen de broertjes samen in bad zaten en daar soep aten. 'Een heel lux hotel' vond Leo, want, zo zei hij, ze kregen zelfs de handdoek op hun wenken aangereikt om te voorkomen dat de kroepoek zompig werd. Moest ie alleen wel even voor Kevin spelen.


donderdag 8 maart 2012

De opkoper

Vorige week schreef ik over de opkomende wereldmacht Afrika. Of nou ja, dat we ons voor een redding uit de crisis niet blind hoeven te staren op het miljardje schuiven van banken en overheden. Dat Europa haar horizon weleens mag verbreden. Door ook eens naar het zuiden het kijken.
Ik ben een trendsetter eh...trendhopper, ik bedoel trendwatcher. Want gister zei Rop Trip op het nieuws dat er steeds meer ondernemers te vinden zijn in bijvoorbeeld Kenya of Angola. Bloemen, brommers, fietsen.... De hele markt ligt nog open.

Wat fijn om te zien dat er mensen zijn die hier komen lezen. Wàt zeg ik? Dat mijn adviezen over waar kansen liggen in goede aarde vallen. Binnen een week! En dat zònder twitter, facebook of één of andere hippe app. Toch jammer dat Economisch Adviesbureau Lehti niks oplevert. En om eigenhandig naar Afrika's bodemschatten te gaan graven gaat me wat ver. Tijd dus voor handel.

In koper bijvoorbeeld. Je weet wel. Dat rode goedje dat wordt weggeroofd bij de NS maar ook uit bijvoorbeeld het voormalig Shell hoofdkantoor. De aanhouding van koperdieven door de meestal vrij onbeschofte collega's van Rutger kreeg nog een staartje. Maar daar ga ik het dus níet over hebben, die mediageile gasten krijgen al genoeg publiciteit.

Nee, de vraag van vandaag was waar ik mijn eigen buitgemaakte metaal kon gaan verzilveren. De klant bij wie ik het spul had weggesloopt had geen flauw idee waar hij dit heen kon brengen. Ik eerlijk gezegd ook niet. Dus lagen de oude gasleidingen na een maand nog steeds in mijn auto. Tijd voor actie. Lang leve internet.

Via steeds kleiner wordende en aftandser uitziende straten, kom ik op de plek waar ik wezen moet. 'Bestemming bereikt'.
Een loods, een hek, geen mens te zien.
'Verboden te parkeren', staat er in grote letters op een oud bord.

Ik blijf toch maar staan. Met knipperlicht. In mijn spiegel zie ik een speedy slungel met een rotgang de open loods in fietsen. Hij is van het type 'vriendelijke-dorpsgek-die-op-zaterdag-wordt-gedoogd-bij-het-afbreken-van-de-markt'. Ik stap uit. Betreed weifelend het terrein. De lachende slungel heeft de buit van die dag: een paar pannen, wat snoer en blik, in een hoek van de loods gesmeten. Het vallend ijzer geeft veel herrie in de kale hal.

Ik ontwaar een afgeschermd hoekje dat voor 'kantoor' moet doorgaan. Zodra ik de deur open, springen twee vechthonden gretig tegen de balie op. Ik ben niet gauw bang maar deins terug. De pogingen van de kantoorvrouw de beesten terug in hun plastic mand te commanderen, hebben geen effect. Vriendelijk legt ze me uit hoe het werkt. Ik hoor de helft niet. Mijn blik is gefixeerd op de grommende honden.

Als ik met mijn koper onder de arm, terug de loods in loop, zegt de dame dat ik het op de berg met ijzer mag gooien. Wat een weegbrug blijkt te zijn. tweeentwintig kilo leest ze af. Minus het al aanwezige spul maakt vijf kilo koper. Ben benieuwd wat dat schuift.

Ik moet naam en adres opgeven. Vast ingegeven door een poging van de overheid de louche herkomst van het roofgoed te kunnen achterhalen. Argeloos duwt ze me dertig euro in de hand. Dertig! Da's vijf euro per kilo! Twee keer zo veel als ik via internet aan adviesprijs tegenkwam! De honden slaan onmiddellijk aan als ik een visitekaartje meegris van de balie. Wegwezen hier. De slungel houdt grijnzend de deur voor me open: 'Vrouwen gaan voor'.

Tevreden manoeuvreer ik mijn auto het terrein af. Slinger tussen vreemde wagens door, scheef geparkeerd voor terreinen vol verroeste containers. Loodsen die bij mij de associatie oproepen aan de ontvoering van Freddie Heineken. Een man met een andere, aangelijnde vechthond draait zich dreigend naar me om. Of verbeeld ik me dat maar?

Ik gebruikte vandaag mijn laatste restje olijfolie.
Zou Griekenland vanavond failliet zijn?
Dan kunnen ze nog overwegen om de schepen die in de havens van Thessaloniki wegroesten als schroot te verkopen. Of kijken of ze er als bootvluchteling mee naar Afrika kunnen varen.
Of naar Turkije. Dat kent een economische groei van zes procent.

Voor verder advies kunt u zich wenden tot Lehti Paul. Geen voorrijkosten.