Het volleybalteam plukt nu sperziebonen.
Haar Argentijnse broer is ergens op het veld fruit aan het oogsten.
De Indiër bemant de kraam.
Intussen stromen er rekeningen binnen.
Niet wetende of ze al ontbeten of geluncht heeft, vliegt ze onder de douche door naar de advocaat. Of naar de burgemeester. Om hem er aan te herinneren dat hij zijn tranen die hij in de kerk liet, ook kan omzetten in daden. Wat hij gelukkig doet.
Ik vraag aan haar hoe het gaat.
"Soms valt er een stuk, en dat raap ik dan weer op", zegt ze.
Het Italiaanse woord voor 'oprapen' is hetzelfde als voor 'oogsten'.
'Voor een bedrijf met twee door overstromingen mislukte oogsten is een dergelijke schuld geen schande, hoor.' Maar haar lijkt het een astronomisch bedrag.
Ze is nu opeens weduwe. En ze is zo ver weg.
Ze is nu opeens boer. Maar ze blijft ver weg.
Intussen geef ik een workshop koken aan kinderen. 'Gnocchi col sugo'. De blonde kinderen rollen de puree als echte Mamme Italiane over de achterkant van de vork. 'Ridi, ridi, che la mamma fa gli gnocchi', zeggen ze in Rome. Maar er valt hier helemaal niks te lachen. Opeens schiet me te binnen wie me voor het laatst het recept vertelde. 'Eén ons meel op één kilo aardappels, beslist niet meer', zo zei me de moeder van de latere moordenaar. Ergens in 1995.
Hoofdhaar is vergelijkbaar met een groene weide. Af en toe flink maaien, daar blijven beide gezond bij. Ik was het al langer van plan, maar nu er een statement nodig was, heb ik mijn uiterlijk in overeenstemming gebracht met mijn innerlijk. Waar het kaal voelt.
In het Noorderplantsoen werden zaterdag schapen geschoren. Het is er kennelijk het seizoen voor. Ik keek naar de schapenkoppies en probeerde me de namen van de rassen te herinneren.
Ik ben weer aan het werk. Leef mijn woede over wat niet had mogen gebeuren uit in het wegbikken van beton. In een woonboerderij buiten de stad. Als ik 's middags mijn broodjes oppeuzel zie ik in de verte schepen voorbijschuiven over het Eemskanaal. Kwieke ouderen zoeven op hun elektrische fietsen over de dijk. De dijk die in 2012 dreigde te bezwijken waardoor Woltersum moesten worden ontruimd. De dijk hield het. In Marsciano hadden ze toen minder geluk. Daar was helemaal geen dijk. Of er was een dam die werd opengezet. Beweren boze tongen. Drie keer overstroomden de Tiber en de Nestore. De akkers. De oogst. Hun huis. Alles stond blank. Of eigenlijk meer bruin.
Met oma naar de schapen, Pasen 1991,Ospedaletto, Umbrië |
Na de lunch meet ik de wastafel op die in de schuur staat. Het ruikt er naar hooi. Naar paard. Dezelfde geuren waarmee ik werd bedwelmd toen ik op mijn dertiende mijn hart verloor aan dat achterlijke, mooie land. Waar het zo snikheet was dat S. er mijn lange vlecht afknipte en ik met stekeltjes terugkeerde naar Nederland. Ik belde S. vanavond op. Over een plan om 'mi hermana' te helpen door middel van wat wij in Nederland kennen als groentenabbonnementen. Ik kan vanaf hier weinig uitrichten. Maar als het werkt, zou dat haar inkomsten van het bedrijf minder grillig maken.
Boeren rijden hard over de verkeersdrempels. Achter hun tractoren hangt een 'ranghinatore'.
God mag weten hoe dat in het Nederlands heet.
Zo'n ding om hooi om te keren.
Gemaaid gras.
Gesneden gras.
Snijden, maaien, knippen. Ook allemaal hetzelfde woord in het Italiaans.
Boven mijn bed hangt een metalen bord. Blauw met fluorescerende letters er op.
Als ik 's avonds ga slapen, als ik 's morgens mijn ogen open, 'Marsciano' hangt daar altijd in de lucht.
Al vijftien jaar.
Maar nu kijk ik beter.
Naar wat eens was.
mooi.
BeantwoordenVerwijderenPrachtig geschreven en met genoegen Rondini beluisterd!
BeantwoordenVerwijderenSterk stukje.
BeantwoordenVerwijderenStaat je goed...
BeantwoordenVerwijderen'Mooi', 'prachtig', 'sterk', 'goed'.....
BeantwoordenVerwijderenWeliswaar niet allemaal van toepassing op één en hetzelfde, maar desalniettemin... daar kan een mens mee verder.
In Italië overigens ook. Het idee dat ik schrijf, over haar, over hun, hier en buitenblogs en dat anderen daarbij meelezen en leven, doet ook daar goed.
Grazie a tutti.