Er belt iemand. Niet met mij. Iemand die Engels spreekt. Een man. Geen Engelsman. Ik kan hem niet zien. Maar hoor wel wat hij verdient. Hij zegt vierhonderd euro per maand op te sturen, een kwart van zijn maandsalaris. 'Listen... listen to me, I'm not finished yet....'
Aan het geluid te horen ijsbeert hij op en neer in een tuin verderop. De mensen aan wie hij het geld stuurt zouden een huis bouwen. Waarin ze al zijn gaan wonen. Wat hij onverstandig vindt. Want er is iets met de eerste verdieping. Die ook nog niet 'finished yet' is. And did they told you that he will get een kamer helemaal for himself? Waar hij kan gamen?
Kennelijk is het opsturen van geld voor het bouwen van het huis ook een investering in zijn eigen toekomst. Maar het is 'Not enough', Not en-nough!!!.... I told you!!! Listen to me!!
Probeert hij de ander nu te vermurwen om óók geld te sturen? Is het zijn zus? of broer? Dat laatste lijkt me onwaarschijnlijk. Veel mannen vinden het onverteerbaar om 'luister naar me' te horen te krijgen. Ze zullen het vast ook niet snel zelf tegen een andere man gebruiken.
Intussen meet en zaag ik nieuwe stukken hout voor de verrotte dorpel en zijstijlen van een kozijn. Op mijn knieën. Een oudere man uit een andere tuin kijkt op me neer. "Je hebt er wel mooi gereedschap bij." Hij leunt met zijn armen over elkaar over de lage schutting. Ik begin een babbeltje met hem over de Engelsman die niet Engels is. En boos blijft. Over 'Honey Listen', zoals zijn gesprekspartner nu wordt aangeduid. De oude buurman zegt niks terug. Hij laat wel veel scheten. En een boer.
Ik lijm de stijlen vast en zet er klemmen op.
De Engelsman is uitgepraat.
Of het huis in Marokko, op Sumatra of in Etten-Leur wordt gebouwd weet ik niet.
Wel weet ik dat de oude buurman doof is.
Zo hoor ik later van de mensen voor wie ik werk.
Zo hoor ik later van de mensen voor wie ik werk.