Posts tonen met het label trouwen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label trouwen. Alle posts tonen

zaterdag 3 oktober 2020

De prinses, corona en Allah

Haar schoondochter doet open, of hoe noemt men de zus van de verloofde van haar dochter? Nou ja, er is een feest voor gevierd dus het is vast familie. Dan komt ze ook zelf aanlopen, vanwege corona wordt er niet omhelsd of gezoend, alleen wat lief gelachen. Anderhalve kop schelen we en ook haar voeten zijn vier maten kleiner dan de mijne, ik voel me een beetje een reus. Als ik vraag of ze mee gaat wandelen glipt ze de slaapkamer in en komt even later, gehuld in een lange jurk en met hoofdoek de gang weer in. Ze schiet ook gauw haar kabouterslofjes aan en even later wandelen we met z'n drieën langs de velden achter onze wijk. Ik leer haar de woorden 'kikker' en 'ezel' en ik probeer het Arabisch dat ze me bijbrengt te herhalen. Het nablaten van haar woorden gaat me vrij aardig af en ergens herken ik de klanken wel, die ik voordat corona uitbrak van haar leerde. Maar of het nu 'dinsdag', 'aardappels' of  'weiland' betekent, ontgaat me. Zelfs tot tien tellen in het Arabisch lukt me niet meer. 

Ze maakt die avond rijst met kip en paprika en vraagt of ik mee-eet maar ik sla het aanbod af, er wacht thuis nog een restje zalmforel. "Vies isj lekker", zegt ze. Het Arabische vreetfeestje van vorige week liet ik ook al aan me voorbijgaan. 'Mobarak' en 'gefeliciteerd' appte ik haar, aangezien er uit haar huis muziek te horen was. Het bleek de verloving van haar dochter te zijn. Het stelletje is nu -eenmaal verloofd mag dat kennelijk- samen elders in het land, drie dagen maar liefst. Waarschijnlijk week dochterlief nog nooit eerder zo lang van moeders zijde. Diezelfde dochter die in reactie op mijn burgerlijke staat eens zei: "Dat doen wij niet bij ons, wij blijven altijd bij elkaar". 

Als we bijna bij huis zijn krijg ik het verlovingsfilmpje te zien waarop vrouwen met hoofddoeken wild klappen bij opzwepende muziek. Van de bruid en de zus van de bruidegom zijn de haren wel te zien, en wat voor haar! Nadat het koppel heeft gedanst en zelfs bij het slow dansen nauwlettend in de gaten wordt gehouden door de omstanders, voegen ook de moeders en de zus van de bruidegom zich bij het stel, hetzelfde pubermeisje dat nu naast me staat en de hele wandeling weinig zegt. Dan haalt ze haar telefoon tevoorschijn en toont me haar eigen haren zonder hoofddoek. Inktzwarte krullen die verder reiken dan haar heupen. Bloedmooie prinses. 

Bij de laatste bocht houden we nog even halt. Mijn buurvrouw wil me 'Corona klaar, Insállah' laten zeggen. 'Nou, dat moest ik maar niet doen', zeg ik, 'dat filmpje stuur je dan zeker naar je zus in Jordanië?'
'Ja, ja', lacht ze vrolijk. 
'En naar míjn moeder' lacht het Arabische prinsesje en trekt haar hoofddoek voor haar gezicht. Niet tegen corona, maar tegen de zon. Ik lach en wijs naar mijn blote benen: 'Daar wil ik juist wat meer van'. 
Als we afscheid nemen dringen ze beide nog even aan en ga ik overstag. Ik blaat hen en na en die avond zal mijn wens dat 'Corona morgen voorbij is als Allah het wil' door huiskamers van familie in Jordanië, Syrië, Soedan en Groningen gaan. God weet waar het goed voor is.

zaterdag 19 maart 2016

Mazzeltov, Singer en andere verborgen verhalen

Voor het eerst schaam ik me enigszins. Om met mijn werkkleding nog aan, door mijn tweede huiskamer, de Vismarkt te banjeren. Maar het moet. Ik parkeer mijn klusbus op de Hoge der Aa en been naar de kaasdame. Twee platte stukken belegen wil ik. Om kaasletters van te snijden. Voor mijn vroegere schoolvriend die vandaag gaat trouwen. Bij Jan en Paula haal ik nog snel wat venkel en ren dan terug richting bus. 

In die paar minuten binnenstad zuig ik me vol nieuwe indrukken. Dan vervaagt de haast en doe ik hetzelfde als Adriaan van Dis, Kees van Kooten en Saskia Noort gister in 'Kijken in de ziel ' zeiden. Indrukken opschrijven. Ingevingen noteren. Al zal ik er later zelden iets mee doen. Ook omdat het uitwerken van de krabbels om concentratie vraagt, om afzondering. Om een omgeving zonder zelfs maar de mogelijkheid gestoord te kúnnen worden. Te midden van alle indrukken las ik op de deur van Van de Velde de aankondiging dat hij zou signeren. Helaas precies in het uur dat ik op het stadhuis zou zijn.

Maar die middag, na menig lofzang op de liefde -'je bent niet ván elkaar maar je bent er vóór elkaar- en het scanderen van 'mazzeltov', snelde ik alsnog naar Jelle Brandt Corstius. En ja, hoe gaat dat met een BN-er, waarvan iedereen de naam al kent, dan vergeet je jezelf voor te stellen. Ik knalde er gelijk in 'of hij mijn manuscript nog had gelezen?'  Waarover ik met 'm sprak na afloop van 'De nacht van de geschiedenis' in de tegenovergelegen A-kerk. Waar hij één van de sprekers was.     


Ach ja. Schrijven. Gelezen worden. Het gaat toch om de verhalen. Om het zien. Van de hippiemoeder die voorovergebogen in haar fietskar kijkt. Terwijl gehuil van haar peuter weerkaatst tegen de gevel. Uit haar biotas steekt verlept wortelloof.
Een snelle blik in de winkelruit toont me een glimp van het zusje van mijn Singer, uitgevonden door een immigrant wier ouders vast van muziek hielden. Weerspiegelingen. Verhalen. Ze woekeren aan een boom in mijn hoofd. En wat zou er schuilgaan achter de 'Heren en dameskapper' met een porseleinen pot 'cetaceum' in de hoge etalage? Een etalage die sinds een halve eeuw onaangeroerd lijkt. Op de kade bij de Hoge der Aa zit een marsmannetje voor een schip. Beelden waar niemand op wacht. Woorden waar niemand wat aan heeft. Maar waar ik niet zonder kan.

Het was een mooie bruiloft.
Op de receptie luisterde ik naar verhalen van nazaten.
Tweede wereldoorlog, arbeidseinsatz, Hamburg, vrouwen, Groningen.
In de gang hing een foto van een verwoest huis in de Oekraïne.

Jelle gaf me een handtekening.
Ik had inmiddels andere kleren aan. Een jurk.
Gekregen van een nakomeling van Indianen. Tevens kind van gelukszoekers uit Ierland, Italië en Nederland. Mijn volgende boek gaat over haar.