Het lijkt de laatste warme zomerdag. Of, op z'n Hollands gezegd, de eerste. Allemachtig wat was het nat. In mijn tuin groeien intussen paddestoelen. En op plekken waar het wel lekker warm was, tussen de zonnebloemen in Oekraïne of in Syrië, hadden mensen heel andere dingen aan hun hoofd dan vakantie vieren. Of ligt dat genuanceerder?
Beelden versimpelen de werkelijkheid. Die wordt verkleurd en vertekend om in ons brein te passen. In het boek 'Een halve hond heel denken' schrijft Joke van Leeuwen over een kleuterklas, die prachtig zingt. Maar als de meisjes worden opgeschrikt door een binnenlopende cameraman, moeten ze huilen. Please note: het speelt in Afrika (huidskleur kleuters verandert nu in uw hoofd van wit naar zwart). De tranen die dan op film komen, worden gelabeld als verdriet van de honger. En dat zien we in Nederland op de buis.
In Libië heerst nu chaos. Clans, oud-legerleiders, overlopers, herrieschoppers. Op alle beelden die ik zie, staan mannen en in veel artikelen gaat het over krijgsheren. Ik vraag me dan steeds af: zouden hun moeders, zussen en echtgenotes elke dag voor hen koken? Of zouden ze liever een gebraden kippetje bij KFC bestellen, net als in Gaza? En zouden ze ook nog tijd hebben om lief te hebben, of slapen ze fijn met een kalasjnikov in bed? Of zijn de heren die wij in beeld krijgen, net als bij de kleuterklas, maar een deel van de werkelijkheid? Een antwoord op die vraag zal ik vast nooit krijgen. Het schijnt nu eenmaal interessanter te zijn welke wapens men gebruikte, dan welk voedsel men at en of de winkel of de school of de dokter of toneelclub nog gewoon functioneert.
Maar soms plopt er toch iets omhoog uit dat dagelijks leven. In een hoekje van een krant of na een paar keer doorklikken op het net. Geen keuken- of slaapkamergeheimen, maar wel iets over vrije tijd. Dat men in dat verscheurde Libië ook in de zon ligt. Dat volgens de verslaggeefster ter plaatse het strand zelfs vol zit men zonaanbidders. En de theehuizen ook geen klagen hebben. Terwijl in Tripoli de nationale luchthaven tot de grond toe afbrandt.
Weet je wat ik denk?
Dat er in Ferguson ook vrolijke kinderfeestjes worden gevierd, dat je je bachelor kunt halen aan de universiteit van Baghdad en dat je in Damascus kunt genieten van het Syrische nachtleven.
Ja dat denk ik.
Hoewel ik de andere helft van de hond nooit te zien krijg.